De werking en invloed van onze gedachten (deel 2)

  • 0

De werking en invloed van onze gedachten (deel 2)

Onbewust zeg ik in eerste instantie de dingen die voor mij kloppen (wat ik op dat moment geloof, waar ik achter sta). Hetzelfde geld voor het schrijven, zoals ik vorig stuk als vanzelf schreef. Een ruwe tekst. Daarna ontstaat er verwarring over sommige dingen. In een gesprek kan er verwarring ontstaan door de reactie van de ander, bij het schrijven door het stemmetje in mijn hoofd. (het ego). Beiden zorgen ervoor dat wat ik eerder uitsprak of schreef, geen vaste vorm aanneemt in mijn hoofd. Geen definitieve waarheid wordt.

In de afgelopen maanden zag ik steeds vaker de bevestiging dat alles wat ik zonder na te denken uitspreek op de een of andere manier ‘klopt’. Ik was me daar niet direct bewust van, ontdekte dat later pas doordat ik inmiddels de gewoonte heb om steeds als ik onrust ervaar, in verwarring ben of wat dan ook, me af vraag waardoor dat komt. Hierdoor analyseer ik de situatie en zo kwam ik tot deze conclusie.

Een aantal dingen vielen me op na de analyses:
• De dingen die ik onbewust deed bleken goed voor me te zijn
• Ook dat wat ik onbewust zei, bleek achteraf vaak een positief resultaat te hebben.
Is het iets wat voor ons allemaal geldt, maar blijft het onzichtbaar, omdat we ons op de negatieve dingen focussen? Of is het alleen iets wat bij mij door de verandering van denken naar voelen ontstaan is? Het maakt me nieuwsgierig.

Werkt het bij anderen net zo als bij mij?

Ik herken in gesprekken met anderen dat zij vaak het antwoord op de vraag die ze stellen zelf al geven…
• “Vind je dat ik te fel reageer?” vroeg iemand mij pas, na een gebeurtenis even daarvoor op het werk.
Het is niet aan mij om daarover te oordelen, een antwoord te geven. De persoon zelf vond zelf duidelijk van wel.

“Waarom zeg ik dat?”
In de vraag zit het antwoord al, hij trekt zijn reactie zelf in twijfel. ”Te fel” is het oordeel wat hij zelf heeft over zijn reactie. Vanuit mijn ervaring gezien door de onrust die hij onbewust van binnen voelt.

Op het moment dat de vraag gesteld werd, was de verklaring die ik zojuist gaf nog niet zo helder voor mijzelf. Maar onbewust reageerde ik wel vanuit de ervaring dat het antwoord in hem te vinden is en dat het niet aan mij is om te oordelen.

Ik reageerde impulsief, zei wat in me opkwam. Waarop hij antwoordde: “Dat is geen antwoord op mijn vraag”. Hij had gelijk. Ik had geluisterd naar de situatie die hij beschreef en benoemde de beweging die ik hoorde in zijn verhaal.

De situatie:
Er was die week een stagiair begonnen bij hem in het team. Hij had de voorgesprekken gedaan met de veronderstelling dat hij de stagiair gedurende de hele stageperiode zou begeleiden. Best even een uitdaging, maar hij had er tijd in gestoken en ze hadden samen een plan gemaakt. Die dag belde iemand uit zijn team hem op dat hij de stagiair over zou nemen, na overleg met de leidinggevende, maar zonder overleg met hem. Hij voelde zich misbruikt, zoals hij dat noemde, en in zijn impulsieve reactie hoorde ik ‘het kleine kind dat zijn zin niet kreeg’.
Zo beschreef ik het, toen hij me onderbrak en zei dat het geen antwoord was op zijn vraag.
– Ik antwoordde dat zijn felheid impulsief gebeurd. Dat het een vecht reactie op de onverwachte gebeurtenis is. (een automatische vecht – vlucht reactie die altijd ontstaat in een onverwachte situatie). Op deze instinctieve reactie hebben we geen invloed op, dus die is zoals het is.
– Wat hij zei was: “Ik ben ergens mee bezig en dan wordt het zonder overleg bij me vandaan gehaald. Als ik alleen maar moet luisteren en niet mijn ding mag doen dan neem ik ook geen initiatieven meer.”
Voor mij duidelijk een reactie vanuit een oude situatie. Als een kind dat naar zijn moeder moet luisteren.

Ik gaf hem een andere optie wat hij zou kunnen zeggen (ook weer impulsief, ik zou er nu alweer anders op gereageerd hebben):
– Dat hij het niet eens was met de gang van zaken. Dat hij er tijd in had gestoken met het idee dat de stagiair onder zijn hoede zou blijven, en dat de manier waarop hij nu hoorde dat de stagiair ergens anders ingezet zou worden niet vond kloppen. Dat dit niet zijn manier van werken was.
– Ik draafde er nog iets verder in door dat het dan niet gek zou zijn als hij op een bepaald moment iets anders zou zoeken als er niet geluisterd werd. (Een boodschap die ik verder invulde vanuit mijn eigen referentiekader)
– Dat was niet wat hij erbij in gedachten had, zei hij, maar de rest liet hij op zich inwerken. Hij zou nog wel zien of hij de leidinggevende zelf zou contacten of afwachten wat er zou gebeuren. Hij had ‘nee’ gezegd tegen de man uit zijn team dus een gesprek was onvermijdelijk.

Hoe zie ik het nu verder?
Het telefoontje van de collega die de stagiair over zou nemen was een onverwachte gebeurtenis. Dus reageerde hij impulsief. Net als ik ook impulsief reageerde op zijn vraag.
Praten doen we over het algemeen vanuit impuls. Tenzij we een gesprek aangaan over iets waar we kennis van (moeten) hebben. Zoals tijdens een presentatie, of bij jongeren, een toets op school.
Bij een onverwachte situatie reageren we altijd impulsief.
De impulsieve reactie is een vecht-vlucht reactie van het reptielenbrein op gebeurtenissen waar we zelf geen invloed op hebben. Dieren hebben het ook. Het reptielenbrein reageert op GEVAAR. Niet dat een onverwachte gebeurtenis direct GEVAAR betekent, maar toch lijkt het erop dat de reactie hetzelfde is, al is het in minder heftige mate.
(Hier zit de naar mijn idee ook de bron van wat wij angst noemen…)

Bij dieren (en onze verre, verre voorouders) werd het reptielenbrein geactiveerd bij werkelijk gevaar voor leven en dood. Als er iets tegenover ze staat dat groter of sterker is, of bij brand, waardoor er risico is om lichamelijk te overlijden.
De felheid in de situatie die ik zojuist beschreef komt uit hetzelfde stukje brein.
Gaat het over leven en dood? Nee, hij zal niet dood neervallen door deze gebeurtenis. Er is echter wel gevaar voor hem, om te doen wat hij vindt dat klopt. Wat goed voelt voor hem, waar zijn interne kacheltje van gaat branden (In dit geval had hij een plan voor de stagiair en zin om met hem samen te werken). En hij reageert als vanzelf op het gevaar (dat zijn plan in duigen valt, wat hij niet leuk vind). Met felheid. Wat mij betreft een hele logische reactie, gezien zijn enthousiasme om de stagiair te begeleiden. (Zijn enthousiasme wordt getemperd, net als het vuurtje binnenin hem). Als het vuurtje in hem dooft gaat hij diep van binnen dood! Dus er is wel degelijk een impulsieve reactie vanuit het reptielenbrein, die intuïtief vecht of vlucht. De onbewuste reactie om te overleven. (of in termen van bewust zijn: de angst om niet dood te willen gaan. Alleen is er geen sprake van willen. Iets willen is  een gedachte, geen intuïtieve reactie).  

Terug naar het gesprek wat ik had met de man:
De man had tegen zijn collega aan de telefoon gezegd dat hij niet akkoord ging met de overname van de stagiair. Daarna was het gesprek afgelopen en waren zijn gedachten aan het werk gegaan. Gedachten over wat hij tegen de leidinggevende wilde zeggen. Gedachten als:
“Ik voel me misbruikt en als dit de manier is waarop ze willen dat er gewerkt wordt dan doe ik ook niet meer dan dat’.
Doordat hij het gesprek zonder verdere uitleg had afgebroken, was er rust gekomen, en begon hij zelf te twijfelen of de gedachte die hij had wel klopte bij de situatie. Het stemmetje in zijn hoofd (het ego) begon te spreken. Hij kwam er zelf niet uit en belde mij om helderheid te krijgen, voordat hij het gesprek met zijn leidinggevende aanging.

Het was goed dat de rust er was en dat hij even reflecteerde op de gebeurtenis. De impulsieve reactie uit het reptielenbrein zakte en daardoor kon er objectief naar de situatie gekeken worden. Het vervolggesprek met de leidinggevende kreeg hierdoor een heel ander verloop als dat hij de felheid mee had genomen in het gesprek. Hij werd gezien en gehoord in hoe hij de situatie beleefd had en dat voelde goed voor hem.

Even een voorstelling van hoe het had kunnen gaan als hij wel direct een gesprek had gehad met zijn leidinggevende:
Als hij de felheid had meegenomen in het gesprek met zijn leidinggevende, dan had deze zich misschien persoonlijk aangevallen gevoeld. Waarop ook dan het reptielenbrein ook onbewust GEVAAR bespeurt en instinctief reageert.
Gevolg: Een kettingreactie (woordenwisseling) waarin het reptielenbrein van beide personen steeds op GEVAAR reageert tot er een moment van rust komt.

Het reptielenbrein zorgt ervoor dat we OVERLEVEN.
– in situaties waarin we fysiek in gevaar zijn
– maar ook in situaties waarin we niet mogen zijn wie we zijn.
Het reptielenbrein doet automatisch wat goed voor ons is. (OVER)LEVEN. Het zorgt ervoor dat ik overleef. Ik en niemand anders. Dat kan het ook niet. Het heeft alleen invloed op de impulsieve beweging die mijn lichaam maakt.

En zie hier de onderbouwing van waar ik dit stuk mee begon… Mooi hoe de cirkel ook hier weer rond is. Hoe ik zelf steeds weer ervaar, hoe de dingen gaan.
Soms heb ik wel over hoe dingen gaan gelezen, en geloofde ik ergens ook dat het zo werkt, maar overtuigend uitleggen dat kon ik niet. Door het zo te ervaren, begint het echt te leven. En daarmee begin ik te LEVEN! Voel ik hoe mijn interne kacheltje gaat branden, hoe warm en blij ik word.

Daar zit het verschil voor mij in ‘leren’ en ‘ervaren’. ‘Leren’ is ‘werken’ en ‘ervaren’ is ‘spelend leren’. Spelend werken. Dan klinkt ‘werken’ ineens heel anders.


Leave a Reply